De ondergrondse buffer van HoCoSto slaat ’s zomers warmte op die je in de winter kunt gebruiken. Zo kun je van het gas af. Een interview met René Geerts, over kwartjes en sportaccomodaties.
De informatie op de Brabant Brand Box is gratis te gebruiken voor een positief verhaal over Brabant.
René Geerts bruist van de ideeën. Dat is altijd zo geweest. Voor de man achter HoCoSto – in 2018 één van de winnaars van de Brabant Startup Awards – is met pensioen gaan dan ook geen optie. “Als ik niets doe, gaan al die ideeën met me aan de haal.” En daarom besluit hij na de verkoop van zijn succesvolle bedrijf in led-techniek eindelijk werk te maken van een idee dat al meer dan tien jaar door zijn hoofd spookt: ondergrondse warmteopslag.
Creatieve en innovatieve geesten hebben ruimte nodig. Strakke kaders, beperkende regelgeving: voor iemand als René Geerts is niets frustrerender dan dat. In 1985 start hij Rena Elektronica – lang voordat de duurzame voordelen van led-verlichting gemeengoed zijn geworden. Maar met de toenemende populariteit van led komen ook de beperkende regels en normen. En krijgt René te maken met de concurrentie van de grote lichtindustrie. Daarmee is voor hem een groot deel van de lol eraf. Daar komt bij dat Rena inmiddels is uitgegroeid tot een bedrijf met zo’n 120 man personeel. Als directeur/eigenaar is hij dan nog maar nauwelijks met techniek bezig, en juist bij de techniek ligt zijn hart. Als zich een mooie gelegenheid voordoet om Rena te verkopen, hoeft hij dan ook niet lang na te denken: “Ik stop ermee. Ik ga met pensioen.”
Dat ‘pensioen’ duurt welgeteld drie dagen; dan heeft hij al het gevoel in een sleur terecht te zijn gekomen. Het is op dat moment dat zijn plan om een ondergrondse warmteopslag te maken weer komt opborrelen. Maar hoe die warmtebuffer eruit moet zien, daarvan heeft hij nog geen idee. Het kwartje valt op de luchthaven van Shanghai, waar hij op een vlucht naar Amsterdam wacht. Hij kijkt omhoog naar de ingenieuze dakconstructie en denkt: waarom doe ik dit niet onder de grond?
René bespreekt zijn idee met verschillende constructiebureaus, die allemaal voorstellen om met beton te werken. “Maar”, zegt hij, “Ik had al tig keer uitgerekend dat de bouwkosten dan veel te hoog zouden worden. Dus na vijf bureaus was ik er klaar mee en bedacht ik dat ik er gewoon zelf één ging bouwen.”
Samen met zijn vrouw Gerda ontwerpt en ontwikkelt hij een dragende constructie van aluminium buizen, die ze zelf in elkaar zetten. Ze graven een gat met schuin aflopende wanden in hun tuin in Achtmaal (gemeente Zundert), bedekken de wanden met sterke rubberfolie en glasvezelversterkt doek, zetten hun bouwwerk erin, vullen de ruimte tussen rubber en doek op met isolatiemateriaal en laten de bak vollopen met 120.000 liter water. Het bassin - afgedekt met isolatiemateriaal, glasvezeldoek en aarde – is met zes pijpen verbonden met de vacuümbuizen van de acht zonnecollectoren op het dak van huize Geerts. In de zomer verwarmen die het water, dat zo’n 75 tot 80 graden kan worden. René en Gerda kunnen er in het voor- en najaar hun woning prima mee verwarmen. In de winter helpt hun warmtepomp een handje mee. Daarmee zijn ze volledig van het gas af.
Helemaal zo soepel als dit klinkt, ging het natuurlijk niet, geeft René lachend toe. “We hebben het allemaal zelf uit moeten vinden: hoe zorg je ervoor dat het gat precies groot genoeg is, hoe krijg je de constructie in de grond, hoe isoleer je de bak? Soms gaat er iets fout, en dan moet je even slikken. Gelukkig komen de antwoorden terwijl ik slaap. Dan heb ik zo zitten kauwen op een probleem dat mijn hoofd er ’s nachts mee verder gaat en ik bij het wakker worden ineens de oplossing heb.”
Een complicerende factor is dat René en Gerda niet over hun plannen mogen praten. Bij Rena door schade en schande wijs geworden, hebben ze besloten meteen patent aan te vragen op hun Seasonal Thermal Energy Storage (STES). En dat betekent: mondje dicht. Maar laat terwijl ze hun constructie bouwen nu net één van de wandeltochten van de Avondvierdaagse door Achtmaal leiden. René: “Honderden wandelaars liepen langs ons bouwwerk en vroegen waar we mee bezig waren. Om maar niets te hoeven zeggen, hebben we een brievenbus geplaatst met een bordje erbij: ‘Raad maar wat dit wordt en als je het goed raadt, win je een rondvlucht’. Het leverde verrassende antwoorden op - van helikopterplatform tot duikplankconstructie. Een rondvlucht hebben we niet hoeven weggeven.”
Als metingen uitwijzen dat de STES doet wat hij hoort te doen en er wat kleine verbeteringen zijn aangebracht, besluiten René en Gerda met hun vinding de markt op te gaan. Dat doen ze onder de bedrijfsnaam HoCoSto, een afkorting van Hot-Cold-Storage. René noemt het “een interessante tijd”. De markt voor hun product blijkt er namelijk heel anders uit te zien dan ze vooraf hebben bedacht. “Wij zijn in eerste instantie mensen gaan benaderen die niet op een aardgasleiding aangesloten zijn en daarom een dure propaangastank in de tuin hebben staan. Met ons systeem zouden ze veel geld kunnen besparen. Maar op de Energiebeurs in Den Bosch bleek men vooral geïnteresseerd in ons systeem als alternatief voor de warmte-en-koudeopslag (WKO), omdat je niet overal mag boren.” Met name in drinkwatergebieden heeft HoCoSto nu al menig huis en tuin van een STES voorzien. Ook wordt de warmtebuffer gebruikt bij scholen en bedrijven, waarbij een combinatie van duurzaam verwarmen en koelen mogelijk wordt.
In 2018 laat HoCoSto van zich horen als het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op zoek gaat naar “startups met vooruitstrevende en innovatieve energiebesparings- en opwekkingsmethoden die gaan bijdragen aan energieneutrale sportaccommodaties.” Het bedrijf uit Achtmaal is één van de vijf startups die 100.000 euro winnen om een pilotproject te realiseren. Dat gebeurt bij voetbalvereniging Wernhout in Zundert, die dankzij de warmtebuffer van HoCoSto in 2019 van het gas af gaat. Er zijn in Nederland ruim 24.000 sportaccommodaties die voor 2020 flink op energie moeten besparen en in 2040 – net als de rest van het maatschappelijk vastgoed - energieneutraal moeten zijn. René Geerts: “We kunnen vooruit.”
Maar ook in de wereld van het energieneutraal wonen en werken wordt René’s creatieve geest op de proef gesteld. Omdat er nog geen wetgeving is rondom ondergrondse warmteopslag, is hij veel tijd kwijt aan bakkeleien over vergunningen en uitleg geven aan gemeenten. “Ze weten niet wat ze ermee aan moeten”, vertelt hij. “In de ene gemeente krijg je te horen dat je een bouwvergunning nodig hebt, in de andere dat je een ontgrondingsvergunning moet hebben. Uiteindelijk zijn alle buffers zonder vergunning de grond in gegaan; dan bleek er toch niks nodig. Maar je bent wel weer maanden aan het praten.”
De proeftuin “Nagele in Balans” waar HoCoSto aan meedoet, past dan weer wél helemaal in René’s straatje. Nagele, in de gemeente Noordoostpolder, is één van de 27 wijken die zijn geselecteerd voor het Programma Aardgasvrije Wijken, waarmee het kabinet aan de Klimaatdoelen van Parijs werkt. Het doel van het programma: kennis en ervaring opdoen met het verduurzamen van bestaande wijken op een haalbare en betaalbare manier. Hier draait het om leren en experimenteren en krijgt René de vrijheid die hij nodig heeft. “Want het energieprobleem los je niet op als je aan regels bent gebonden.”
Wijk voor wijk renoveren en verduurzamen: volgens René Geerts is het dé manier om Nederland duurzaam te maken. Het is overzichtelijk en betaalbaar. Dáár ligt in zijn ogen dan ook de toekomst van HoCoSto. Al vindt hij de nabije toekomst eigenlijk helemaal niet zo interessant. “Ik kijk ver vooruit.”
Welvaart brengen in arme, droge landen. De CO₂-uitstoot verminderen én het waterprobleem oplossen. Pieter Hoff, van Groasis, doet dat met zijn ‘intelligente’ emmers, capillaire watertransportsystemen. “We laten bomen groeien waar niemand dat eerder lukte.”
Een portret van de bevlogen boer Hans Verhoeven, varkenshouderij De Hoeve en De Stal van de Toekomst. De provincie Noord-Brabant heeft voor deze ontwikkeling een subsidie verstrekt. Er worden vier stalsystemen ontwikkeld die de uitstoot van ammoniak en de geuroverlast sterk reduceren.
Cookies zijn nodig om de site goed te laten werken. En met cookies kunnen we ook andere interessante, gave Brabantse verhalen met je delen, via advertenties op social media en andere websites. Goed plan?